Het kabinet wil de compensatie voor de transitievergoeding voor een deel afschaffen. Nu worden alle bedrijven voor de dubbele lasten gecompenseerd. Alleen bedrijven tot 25 personen zouden hiervoor straks nog in aanmerking komen volgens het wetsvoorstel 'Beperken van de Compensatieregeling Transitievergoeding'.
Het kabinet denkt hiermee zo'n 380 miljoen euro per jaar te besparen. Werkgeversorganisaties AWVN, VNO-NCW en MKB-Nederland pleiten voor het in stand houden van de compensatie voor alle werkgevers, inclusief de grote bedrijven. De regeling zou volgens deze organisaties een positief effect hebben op de arbeidspositie van veel werknemers. Dit omdat werkgevers vanwege de compensatie eerder geneigd zouden zijn om vaste contracten aan te bieden. Ook vakbonden zijn kritisch en vrezen een slechtere positie van zieke werknemers.
Werkgeversverenigingen waarschuwen in een brandbrief dat het plan tot een forse lastenverzwaring voor bedrijven zal leiden. Volgens Jacco Vonhof (MKB-Nederland) gaat het kabinet er vanuit dat bedrijven dit wel kunnen betalen. "We hebben in Nederland circa 45.000 bedrijven met 25 tot 250 werknemers. Wanneer je twee werknemers in dienst hebt die beiden al 25 jaar voor je bedrijf werken en je na twee jaar ziekte afscheid van hen moet nemen, dan kan de transitievergoeding oplopen tot een ton."
De transitievergoeding is bedoeld als vergoeding voor ontslag en om de transitie naar nieuw werk te vereenvoudigen. Iedere werknemer heeft recht op de transitievergoeding bij ontslag. Deze transitievergoeding is ook verschuldigd bij een beëindiging van een dienstverband bij langdurige arbeidsongeschiktheid. Bedrijven hebben dan al twee jaar het loon van zieke werknemers doorbetaald en meebetaald aan de re-integratie. Als de re-integratie niet lukt dan komt de transitievergoeding daar bovenop. Om deze dubbele lasten en slapende dienstverbanden te voorkomen is vijf jaar geleden de compensatie transitievergoeding in het leven geroepen.
Het nieuwe kabinet wil dat organisaties met 25 of meer medewerkers vanaf 2026 geen beroep meer kunnen doen op de compensatieregeling transitievergoeding. Naar verwachting wordt op Prinsjesdag duidelijk of deze plannen daadwerkelijk doorgaan.
Uit het hoofdlijnenakkoord blijkt dat de formerende partijen de compensatie transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid willen versoberen. Dit kan een aanzienlijke besparing opleveren. Uit cijfers van het UWV blijkt dat sinds de invoer van de regeling 144.767 compensatievergoedingen zijn uitbetaald. Dit is goed voor een kleine 3 miljard euro die aan compensatie is betaald sinds de introductie tot en met het jaar 2023. Voor grote bedrijven kan het afschaffen van de compensatieregeling grote financiële gevolgen hebben en slapende dienstverbanden in de hand werken.
In 2020 ging de compensatieregeling bij langdurige arbeidsongeschiktheid in werking. Werkgevers worden hierbij gecompenseerd voor de transitievergoeding als zij na twee jaar loondoorbetaling afscheid nemen van hun zieke werknemer. Naast het financieel ontlasten van werkgevers bij ziekte was de regeling in het leven geroepen om slapende dienstverbanden tegen te gaan. Tot en met september 2020 konden werkgevers ook met terugwerkende kracht compensatie aanvragen voor dienstverbanden die waren geëindigd op of na 1 juli 2015 mits de transitievergoeding volledig was betaald voor 1 april 2020. De meeste aanvragen vonden juist in deze maand plaats: 19.293.
Een onaangekondigd exitgesprek na een 16-jarig durende dienstverband heeft geleid tot een ontslagvergoeding van ruim 100.000 euro. De man die van mening was dat hij door het onverwachte vertrek een flinke smak geld misliep, had bijna drie keer zoveel geëist.
Het exitgesprek vond plaats op 19 januari 2023. De man kreeg van de manager en HR-directeur van het staalbedrijf te horen dat zij geen vertrouwen meer in hem hadden en dat er geen basis meer was voor verdere samenwerking. Het bedrijf gaf aan over een afscheidsregeling te willen praten, gevolgd door de mededeling dat de man het pand moest verlaten. Dat viel rauw op het dak van de man die na de meeting nog een presentatie wilde geven. "Ik laat me niet wegsturen als een snotneus" verzette hij zich op felle toon. 's Avonds appte hij ook nog naar zijn manager: "Wat heb je gedaan" en "Waarom?". Door het onverwachte einde van het dienstverband was de man van mening dat hij veel schade opliep. Naast een lager salaris bij zijn nieuwe werkgever zat hij een tijdje in de WW waardoor hij minder pensioen opbouwde. Sinds 2019 had de man geen beoordelingsgesprek meer gehad. Zijn jurist voerde aan dat hij in 2022 zijn beste jaar ooit voor het bedrijf had gehad en dat hij altijd loyaal was geweest.
Met een afscheidspremie van 41.754 die het bedrijf aanbood, ging de man niet akkoord. De zaak kwam vervolgens bij de kantonrechter terecht die in juni vorig jaar de arbeidsovereenkomst ontbond. Het bedrijf moest de man 44.978,26 euro betalen aan transitievergoeding en nog eens 100.000 euro aan billijke vergoeding. Zijn werkgever ging hier tegen in beroep bij het Haagsche gerechtshof. In reactie daarop eistte de man een veel hogere afkoopsom van 292.769,25 euro. Daarin ging het gerechtshof niet mee maar het hof bekrachtigde wel een eerder vonnis van de kantonrechter. Het hof oordeelt dat 100.000 euro recht doet aan de omstandigheden. Tevens kreeg de man 15.000 euro mee om het pensioengat te dichten. Verder moest de voormalige werkgever opdraaien voor de juridische hulp in de periode dat er werd onderhandeld over de vaststellingsovereenkomst, circa 3.000 euro.