Outplacement blog

P.O.R.: persoonlijk outplacement en maatwerk

14-12-2017 - De redactie

P.O.R. is een outplacementbureau in Brabant en Gelderland met ruim 20 jaar ervaring op het gebied van arbeidsbemiddeling en personeelsadvies. Eigenaar Willem Peters kent de ins en outs van outplacement en deelt zijn ervaringen en toekomstverwachtingen. 


Sámen op zoek naar werk

'P.O.R. is een afkorting voor Personeelszaken, Outplacement en Re-integratie, maar staat tegelijkertijd ook voor het ‘porretje’ in de goede richting', aldus Willem Peters. ‘Zowel bij outplacement als bij re-integratie zetten wij in op een van werk naar werk-traject. De samenwerking met de cliënt staat voorop. Samen met de kandidaat stellen we de inhoud van het outplacementtraject samen. In de meeste gevallen betekent dit dat we starten met een zoekprofiel waarbij we helder willen we krijgen naar welke functie de cliënt op zoek is. Vervolgens bekijken we of de capaciteiten en competenties passen bij d gewenste functie. Als het nodig is, gaan we op zoek naar manieren om de competenties van de cliënt uit te breiden. Natuurlijk is ook sollicitatietraining een vast onderdeel bij een outplacementtraject van P.O.R..’

Outplacement: vroeger en nu

Volgens Willem Peters is persoonlijk contact een van de redenen waardoor de klanttevredenheid van P.O.R. zo hoog is. Daarnaast noemt hij nog een belangrijke factor. ‘Voor mij is opgeven geen optie. Of een outplacementtraject nu twee maanden of een jaar duurt, voor mij is het belangrijkste dat de cliënt uiteindelijk een baan vindt die bij hem past.’ Dat dit wordt gewaardeerd blijkt wel uit het feit dat oud-cliënten hem niet vergeten: ‘Pas geleden werd ik nog gebeld door een klant die in 2014 via een outplacementtraject een nieuwe baan had gevonden. Hij belde mij om te vertellen dat hij bij die werkgever nu een vaste aanstelling had gekregen. Een mooi voorbeeld van een geslaagd traject wat mij betreft!'

Ontwikkelingen op het gebied van outplacement

Toch is volgens Willem Peters niet alles koek en ei in de outplacementwereld. Van de grootschalige outplacementbureaus, die opereren door heel Nederland, wordt hij niet erg enthousiast. 'Er is niets persoonlijks meer aan de werkwijze van dergelijke grote bedrijven. Deze organisaties hebben geen eigen contacten in de regio. Hun klanten moeten dus via de online vacaturebanken op zoek naar werk. Mijn voordeel is dat ik al jaren in de regio Noordoost- en Zuidoost-Brabant en in Zuid-Gelderland werk en zo heel veel werkgevers ken. Dat maakt het vinden van een nieuwe baan echt een stuk makkelijker.’

Werk vinden: je stapt niet zomaar meer ergens binnen

Willem Peters merkt wel verschil tussen nu en vroeger. 'Een handgeschreven motivatiebrief werd roeger erg gewaardeerd. Dat kun je je nu niet meer voorstellen, bedrijven vinden een e-mail meer dan voldoende. Ook zomaar ergens aanbellen is niet meer van deze tijd. Heel wat jaar geleden stapte een cliënt van mij die op zoek was naar werk op een maandagochtend simpelweg in zijn overal een bedrijf. Hij kon direct aan de slag! Na een week vroeg de werkgever zich af waar die man eigenlijk vandaan kwam en wat hij daar deed. Pas toen vertelde de man dat hij werk zocht. Tegen die tijd had de man zich al bewezen, kreeg hij een contract aangeboden en mocht hij blijven. Zo kan dat tegenwoordig echt niet meer, maar een mooi verhaal bijft het!’

Outplacement in de toekomst: wat kunnen we verwachten

Wij zijn natuurlijk ook benieuwd naar de toekomstverwachtingen van Willem Peters voor de outplacementmarkt. Het nieuwe regeerakkoord zal veranderingen op het gebied van arbeid en re-integratie teweeg brengen. Zo is het onder meer de bedoeling dat iedere werknemer recht krijgt op een transitievergoeding. Tot nog toe had een werknemer hier pas recht op na twee dienstjaren bij een werkgever. Willem ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet: ‘Ik heb de afgelopen jaren veel gehad aan mond-op-mondreclame van tevreden klanten. Ik verwacht dat dit zo zal blijven. Door mijn persoonlijke benadering en het leveren van maatwerk verwacht ik dat P.O.R. zeker toekomstbestendig is.’