Met een golf van werkloosheid in het verschiet in tijden van corona is omscholing en begeleiding van werk naar werk belangrijker dan ooit. Maar volgens hoogleraar Ton Wilthagen in een interview met het AD is de omscholingsaanpak in Nederland niet optimaal georganiseerd. In dit artikel meer over de drempels en oplossingen.
In Nederland is het gebruikelijk dat omscholingsafspraken in sectoren worden gemaakt. "Elke sector heeft ook zijn eigen potjes voor om-, bij-, of herscholing'', volgens Ton Wilthagen, hoogleraar Arbeidsmarkt aan de Universiteit van Tilburg. De consequentie daarvan is dat geld niet altijd terecht komt waar het het meest nodig is. Ondernemersorganisatie ONL onderkent dat er nu geld in sectoren blijft terwijl dat elders het verschil kan maken. ONL wijst in het bijzonder op zzp'ers die geen aanspraak kunnen maken van de potjes van de sociale partners.
Er is geen tijd om het hele systeem om te gooien en Wilthagen adviseert daarom een pragmatische oplossing. "Zet een voortent voor de arbeidsmarkt; met één loket waar je alles kunt vragen. Daarachter zitten dan allerlei instanties voor specifieke hulp. Zo zorg je dat mensen beter geholpen worden. We moeten toe naar sectoroverstijgende omscholingstrajecten.'' Eveline Smith van ONL verwoordt het als volgt: "Het wordt hoog tijd dat de schotten tussen de sectoren verdwijnen.'' Judy Hoffer van FNV geeft aan dat al actie wordt ondernomen om de omscholing toegankelijker te maken in de vorm van regionale mobiliteitsteams en onderschrijft dat de scholingsfondsen beter op elkaar moeten worden afgestemd.